Het valt me op hoe wij, Westerlingen, in een ingewikkelde wereld leven. Vanochtend stond in de Stentor (regionale krant van Apeldoorn e.o) dat er op dit moment ongeveer 772.000 Nederlanders in de geestelijke zorg zitten, waarvan het merendeel dus gewoon een schijnbaar normaal persoon is dat op de bank ligt bij zijn zielenknijper. De schuld is uiteraard te wijten aan onze drukke, snelle samenleving, waar je ongenood je beroep en afkomst in meegetrokken wordt. Er is echter een probleem dat, ondanks grote invloed, weinig besproken lijkt te worden: de oneindige zoektocht naar jezelf.
Je bent uniek. Er is niemand anders als jij: er zijn misschien mensen die op jou lijken, maar uiteindelijk is jou unieke combinatie van karakter, spullen en uiterlijk wat jou jou maakt, en daarmee een op zichzelf staand uniek persoon. Dat is een van de basisprincipes van moderne psychologie: ieder persoon is verschillend: de diagnose mag hetzelfde zijn maar de reden waarom is vaak uniek.
Er is echter een probleem. Alles wat wij dragen, gebruiken en zelfs eten of horen is massageproduceerd. Ik zie dezelfde trui van de V&D wel twintig keer per dag voorbij komen, gister ontmoette ik iemand met dezelfde schoenen als ik en uiteraard dezelfde i-Pod als ik. Hoe komt het toch dat wij mensen, met een enorme drang naar individualiteit en een verscheidenheid aan keuzes, toch uiteindelijk op elkaar gaan lijken. Waarom dragen wij, om ons individu te bewijzen, kleren die op die van onze vrienden lijken, en waarom luisteren we naar de muziek waar zij naar luisteren.
Eigenlijk is de drang naar individueel zijn ontzettend beperkt. Je moet wel jezelf zijn, maar (de ongeschreven regel numero uno) je mag niet anders zijn. Mensen die anders zijn worden niet geaccepteerd door de groep, of beter, kudde mensen door wie zij geaccepteerd willen worden. Zij worden namelijk, door ons oerinstinct, gezien als iets gevaarlijks of onveiligs, en soms zelfs als een prooi voor onze agressie. Dat is een van de grote redenen waarom pesten op school vaak een groot probleem is: onze primaire angst voor het onbekende.
Maar desondanks MOET je als mens uniek zijn, dat moet van de publieke opinie, de media en de popmuziek, de drie dingen die ieder mens voor een groot deel vormen. Er zijn geen liedjes die over assimileren in een groep gaan, en ook geen films die gaan over een 'anders' persoon dat door andere mensen keihard de grond in gestampt wordt. Dat mag namelijk niet van de publieke opinie. Op die manier stoot de moderne cultuur eigenlijk een van de primaire geestestrekjes van de mens aan: de mens is namelijk een kuddedier.
Omdat wij, zeker vandaag de dag, als haringen in een tonnetje op elkaar wonen gaat daarmee een van onze oerinstincten in werking: die van assimileren in een kudde. Mensen die deze oerinstincten ontgroeien worden keihard genegeerd en terug naar de grond geslagen. Op die manier ontstaat er natuurlijk een complex. Je moet individueel zijn, maar wel net zo individueel als alle anderen.
Het is triest dat we nog steeds op dit, eigenlijk bedroevend lage, niveau zijn, en ondanks onze technologie nog steeds in de mindset van een oermens zitten. Als je in de zin 'Ik ga met mijn vriendengroep op reis' het woord 'vriendengroep' verandert in 'kudde' ben je eigenlijk alweer terug bij af, maar wel terug in de realiteit. Wat is er nodig om eindelijk van dit kuddegedrag af te komen, om eindelijk de 21ste eeuw in te evolueren? Misschien moeten we het maar aan onze alfamannetjes vragen.
Voor discussie: NuJij
dinsdag 6 januari 2009
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
mijn reactie is op nuJij geplaatst.
BeantwoordenVerwijderen